Dag 8: Laos luxecruise (deel 2): Pak Beng -> Luang Prabang. “”” L’amitié franco-belge”””’
1 februari 2020 - Luang Prabang, Laos
Mijn allerbeste lezers,
nadat we gisteren op het schitterend terras van ons resortje gegeten hebben, kruipen we in ons bed. Ik wou nog een slaapmutske drinken maar daarvoor was ik te moe. Deze morgen worden we door de plaatselijke haan, of zeg maar gerust 20 hanen, gewekt. Gelukkig niet veel vroeger dan dat onze wekker dat deed. We ontbijten en plotseling waren ze daar: Kai Mook en haar zus. Behoedzaam zien we deze magnifieke kolossen naar de oever slenteren om uiteindelijk hun lange slurf in het frisse water van de Mekong te steken. Werkelijk een prachtig schouwspel en wij zitten op de eerste rij! Nice!
Om 7u30 brengt de tuk tuk van het hotel ons naar de pier, waardoor we deze keer ruim op tijd op de afspraak zijn. Weer te laat komen, zou onacceptabel geweest zijn. Onze gids wou om 7u45 vertrekken! We merken dat de Franse équipe niet tijdig op de rendez-vous is. “”Dis-donc, mais enfin seg!”” Als ze uiteindelijk tegen 8u arriveren, durft niemand iets te zeggen. De consternatie wordt nog groter als blijkt dat één van hen zijn fototoestel niet meer vindt, net op de moment we willen vertrekken. Een telefoontje naar het hotel biedt weinig soelaas, het ding is weg. De motoren starten, want de gids wil geen tijd verliezen, we moeten vandaag immers het dubbel aantal kilometers afleggen dan gisteren. Beteuterd gaat het gezelschap zitten, terwijl ik mijn lach amper kan onderdrukken, maar ik hou het beleefd. Karma is a bitch! Even later blijkt het toestel terecht. Gelukkig maar. De brave man had het kleinood onder zijn zetel laten glijden. Kan gebeuren.
We stoppen onderweg om weer een typisch dorp te bezoeken. Sabrina zal er enkele snuisterijen kopen. Ik proef wat rijstwijn en laat me overhalen om ook een flesje te kopen. Later geraak ik in gesprek met het Iers koppel, die net als wij een politiekoppel blijken te zijn. Het ‘WIJ’- gevoel manifesteert zich meteen. Ook met het Frans gezelschap lijkt de koude oorlog ten einde te zijn. Ah ja, wij gisteren te laat, zij vandaag te laat. In voetbaltermen is dat een “match nulle” oftewel “nen draw”. Net voor de lunch wordt me zelfs ne Pastis aangeboden. Ik trakteer dan weer met bier. Een Franco-Belgische vriendschap is in de maak. Mooi zo.
Ondertussen wordt het vrij warm en de kapitein schuift een deel van het dak open. Sabrina neemt het ervan en legt zich languit op de ligbanken, terwijl we nog steeds op een zeer vredig tempo over de Mekong glijden. Af en toe passeert er een andere boot, maar verder lijken we hier alleen te zijn. Terwijl Sabrina aan haar siësta begint, geniet ik volop! Dit is wat vakantie zou moeten zijn! We passeren langs de Pak Ou Cave, een grot met duizenden boeddhabeeldjes. Niet echt bijzonder, vinden we allemaal. Rond 17u00 komen we aan in Luang Prabang, waar Sabrina en ik met de rugzak naar ons hotel stappen. De kamer is op zich OK, maar nog lang niet afgewerkt. Het zwembad is groot genoeg, maar de ligbedden ontbreken en de stickers van de fabrikant hangen nog tegen de ruiten van de badkamer, waar ook nog een bad moet worden geplaatst. Morgen verkassen we naar iets veel beters, dat is zo klaar als een klontje. We zijn toe aan een dagje niets doen, wat lezen, wat zwemmen en een kleureke pakken....
Ondertussen vernemen we dat Kirsten een beetje ziek is. Er zijn dus nog zekerheden, want telkens als wij voor lange tijd op reis gaan, heeft ze het zitten. Als jullie me niet geloven, check dan reisverslag Cambodja-Thailand - 2019, dag 4. Tja, het heeft wellicht te maken met Hotel Mama in Boom, waar de chef de cuisine al 8 dagen afwezig is....
Wie ben ik om dat niet te begrijpen?
We eten iets in de Utopia bar, waar de gemiddelde leeftijd schommelt rond de 24 jaar, waardoor ik me op slag nog ouder voel dan dat ik al ben, maar soit. Het was gezellig en wederom niet duur. We zijn stikkapot van onze boottocht en dus gaan we vroeg slapen. Morgenvroeg willen we absoluut de Tak Bat (de aalmoesronde) zien. Het is een eeuwenoude traditie die centraal staat in het boeddhisme waarbij monniken op blote voeten, geruisloos, door het oude stadsgedeelte lopen. Tijdens de zonsopkomst wacht de lokale bevolking aan de kant van de weg, geknield op matjes, op de monniken die een vaste ronde lopen, om hen offers te geven.
Die gasten gaan er al aan beginnen rond 5u30....
Slaapwel iedereen!
van Wat Mai met goudkleurige basreliefs en een prachtig interieur, goud- en roodkleurig gedecoreerd.
Toen we in 1999 en 1981 in Luang Prabang waren waren de meeste wegen niet geasfalteerd. Zelfd de hoofdstraat was niet meer dan een zandweg. Dit zal nu wel anders zijn, denk ik. Toen waren er minder dan 10 hotels. Amuseer jullie.
Grt, papa
Succes!