Dag 5: bezoek aan Phnom Külen en Kampong Phluk (floating village)

19 maart 2019 - Siem Reap, Cambodja

Beste lezers en volgers, 

zoals beloofd zou ik vandaag een volgend reisverslag schrijven.  We zijn exact 24 uur later en we liggen terug aan het zwembad, maar wel in een ander hotel.  Sabrina wou eens iets luxuezer, dus we besloten om er 9 euro  meer aan te spenderen.  We gaan dus van een kamer van 30 euro naar een kamer van 39 euro voor een nacht.  Wel een enorm verschil: ditmaal wel een terras én een zachte matras (nee, ik heb nog niets gedronken, ik las het na en het is juist...)

Deze morgen worden we opgepikt door onze chauffeur,Rath genaamd. De jongen is amper 23 jaar oud, doch heeft een website waarop hij zichzelf voorstelt als ‘the best driver in Siem Reap’.  We worden in stijl opgepikt en zullen de verplaatsingen maken met een LEXUS SUV. 

De eerlijkhied gebiedt me om te zeggen dat er heel veel Lexussen rondrijden in Siem Reap.  Ze worden 2e hands geïmporteerd vanuit de States en hier nog voor grof geld verkocht.  Den onze is 13 jaar oud, maar daar hebben we verder niets van gemerkt.

We rijden eerst naar de berg Phnom Kulen.  Nadat we eerst een inkomticket gekocht hebben (2x20 $) brengt Rath ons over een zeer hobbelige weg,  via verschillende checkpoints naar boven. Tussen 7 en 12u wordt er van beneden naar boven gereden, na 12u veranderen ze de rijrichting.  Elke 2 kilometer staan soldaten ons op te wachten en doen teken dat het veilig is om verder te rijden. Ik begrijp er niet echt het nut van, aangezien er toch maar in één richting mag gereden worden, maar goed.    Hier houden ze het leger wel nuttig bezig, denk ik dan.  Ik denk dat we op 8 kilometer wel 30 militairen zijn gepasseerd... Flink door ekaar geschud komen we aan in Kbal Spean. Deze archeologische plek is bekend omdat er 1000 Linga’s in de rivier verstopt liggen.  We ontdekken honderden platte stenen met gravuren dewelke in de rivier liggen ter ere van Shiva.  Mooi, maar niet echt bijzonder. Het zijn vooral de Kru Khmer (medicijnmannen) die nog steeds geloven dat het water van de rivier hen geluk en gezondheid brengt.  Bovendien zou het helpen om koppels vruchtbaar te maken.   Voor diegenen die mij écht goed kennen, weten dan ook dat ik hier niet echt de ‘geknipte man’ voor ben.  Het drinken van dit water zou ons dus niet veel soelaas brengen.  Voor zij die me nog niet zo goed kennen, weten nu ook meteen waarom.

Even later komen we aan bij de Preah Ang Thom Pagode.  Via een trappenstelsel bereiken we een tempel waar een reusachtige Boeddha ligt te slapen.  De trappen liggen bezaaid met  bedelaars.  We besluiten om ook een duit in het zakje te doen en ‘kopen’ een pakje Cambodiaanse Riel en zoals we het  kennen van het Suske&Wiske-verhaal ‘De Wilde Weldoener’, geven we wat geld aan iedereen die we tegenkomen.  Het geeft wel wat gemoedsrust maar tegelijkertijd ook een dubbel gevoel.  De winst die de dame maakt door ons het pakje geld te verkopen is uiteraard ook een beetje ‘op de kap’ van die arme stakkers.  

We gaan verder naar de waterval waar ik even een duikje neem.  Op zich wel een leuke belevenis al staat het water laag.  In het regenseizoen is dit andere koek. We hebben ook nog eens ‘geluk’, want het is vandaag ‘Boedhist-day’.  Dit hadden we eerder in Thailand ook al meegemaakt.  Toegegeven, in de Provence kennen we een gelijkaardige plek met een waterval, Sillans-La Cascade genaamd.  Die is minstens even mooi, al hebben ze er wel geen ‘reclining Boeddha’.  (Voor zij die spiritualiteit zoeken in de Provence - stuur me een email, ik ken een goed adreske...)

Na een uurtje laten we de drukte achter en rijden we verder naar Kampong Pluk.  Dit is normaal gezien een ‘drijvend’ dorp maar door de laagstand van het water, zien de primitieve vissermanswoningen er eerder uit als kaartenhuisjes op stelten.  Tientallen boten liggen werkloos in het slijk van de opgedroogde rivier.  We wandelen door het dorp en ook hier trachten we onze plaats in de hemel te verdienen. Van een lokale bewoonster kopen we voor enkele dollars een 30-tal potloden, die we zullen uitdelen aan de kinderen die er wonen.  We bezoeken een klasje waar vrijwillgers Engels aan het geven zijn aan 8-jarige kindjes.              De docent in mij kan het niet laten en ik neem de klas even over voor 5 minuten.  De woorden ‘boom’, ‘aap’, ‘bloem’ en ‘oom’ worden vertaald naar het Engels en luidop gelezen door mijn tijdelijke leerlingen. Het worden slimme kinderen, denk ik.   De lerares laat het gebeuren en dankbaar nemen de kinderen mijn potloden aan.  Ook Sabrina laat zich niet onbetuigd.  Zij start even later een gesprekje op met een aantal zeer jonge meisjes.  Nu is de gelijkenis met Angelina Jolie niet ver weg.  

Het is ondertussen 14u en snikheet.  We besluiten om nog wat foto’s te nemen van de activiteiten in het dorp en rijden terug naar Siem Reap.  We voelen ons dankbaar dat we dit hebben mogen zien, maar tegelijkertijd beseffen we dat rijkdom geen kwestie van geld hoeft te zijn.... Dat gevoel hebben we eigenlijk elke keer als we naar Azië komen. Cambodianen zijn zeer vriendelijk, vriendelijker dan Viëtnamezen, maar niet zo onderdanig als de Thai, is onze analyse.

Omstreeks 15u maakt Rath me wakker terwijl hij zijn LEXUS behendig voor ons ‘nieuwe’ slaapplek parkeert.  Een uur later liggen we aan het zwembad en rond ik de laatste zinnen van dit verslag.  De vijfde dag is alweer bijna voorbij.  

Gisteren hebben we de Tomb Raider cocktail ontdekt in de Red Piano, die stilaan ook onze vaste stek begint te worden.  Voor de nieuwsgierigen: cointrau-limoensap-tonic.  Vrienden die bij ons nog een etentje tegoed hebben, mogen nu reeds een bestelling plaatsen :)

Morgen worden we om 6u45 opgepikt voor een lange boottocht.  Het wordt dus een ontbijt in sneltempo. 

Tot later.

Update 22u : voor de derde maal gaan we naar de Red Piano.  De serveersters herkennen ons al en we slagen erin om een tafel te reserveren op de 1e verdieping, waardoor we een leuk zicht hebben op de Walking Street.  We bestellen de zoveelste Tomb Raider cocktail.  En eindelijk, eindelijk gaat de bel in het café.  Elke tiende TR-cocktail die besteld wordt, is gratis.  Heel het restaurant kijkt op en ik ben zo fier als een Duits geweer.  De serveersters geniffelen zienbaar.   Ik kies voor Lok Lak, een typisch streekgerecht, te vergelijken met ons stoofvlees in combinatie met een oester/pepersausje...Zeer lekker.

Als ik een pintje wil bestellen, antwoordt de serveuse : “”Een pintje van “t vat?”””

Ik knik instemmend.  Plezant zene, om zo ver weg van huis, op die manier een pot gerstennat te kunnen bestellen.  

We laten een dikke fooi achter en gaan slapen.

Tot morgen.

Foto’s